"We zijn er voor hen, als ze ons nodig hebben"
Als Natalie (35) in Amsterdam komt wonen, wil ze zich graag belangeloos ergens voor inzetten. Het liefst wil ze iets doen voor kinderen óf ouders. Inmiddels werkt ze al vijf jaar als vrijwilliger bij Ronald McDonald Huis Emma Amsterdam. Sinds anderhalf jaar draait ze eens in de twee weken op donderdagavond een vaste vrijwilligersdienst.

Natalie begint haar dienst met een overdracht van de vorige vrijwilligersdienst, om vervolgens haar vaste takenlijst af te vinken. Toch is volgens haar geen dag hetzelfde. Iedere dienst gebeurt er wel iets. Natalie: ‘’Ik heb bijvoorbeeld vaak mensen die ’s avonds inchecken omdat hun kindje met spoed is opgenomen, bijvoorbeeld door een ongeval. Dan regel ik een kamer, leid ze rond en geef ik uitleg over het reilen en zeilen in het Huis.’’ Die uitleg past Natalie aan als ze merkt dat mensen verdrietig, overstuur of afwezig zijn. ‘’Ouders verkeren soms in een soort roes. Dan leg ik alleen het hoognodige uit en geef ik aan dat ze bij vragen altijd iemand kunnen aanschieten op een later moment.’’
Als vrijwilliger is Natalie een belangrijk aanspreekpunt voor ouders. De vragen die ze krijgt, verschillen enorm. Van een vader die vraagt of ze de volgende dag voetbal mogen kijken in de gemeenschappelijke woonkamer, tot een moeder die haar zorgen kwijt wil over een spannende operatie die haar kind de volgende dag ondergaat. ‘’Vrijwilligers zijn heel toegankelijk voor ouders. Er zijn geen witte jassen, zoals in het ziekenhuis. We spreken dezelfde taal als ouders. We zijn er voor hen, als ze ons nodig hebben.’’
"Je bent er altijd voor ze."
Door de jaren heen heeft ze veel ouders zien komen en gaan. Elk verhaal is anders. ‘’Zo check ik soms mensen uit het Huis wiens kindje die dag overleden is. Dat zijn heftige gesprekken.’’ Toch gaat ze iedere donderdag met een grote glimlach richting Huis Emma Amsterdam. ‘’Het vrijwilligerswerk brengt me heel veel. Elke shift is anders, en toch hetzelfde. De ene avond kijk je met een ouder een voetbalwedstrijd mee en juich je samen bij een doelpunt. De andere avond deel je in het intense verdriet van een ouder wiens kindje overleden is. Maar je bent er altijd voor ze.’’
Dat is ook het belangrijkste volgens Natalie: er zijn voor ouders. Soms hoef je niet eens iets te doen. ‘’Ouders gedag zeggen of ze een fijne avond wensen. Gewoon beschikbaar zijn als ze daar behoefte aan hebben. Dat maakt het vrijwilligerswerk in het Huis zo bijzonder waardevol.’’
Help mee
Dag en nacht, 365 dagen per jaar, brengen ruim 2.000 bevlogen vrijwilligers als Natalie ouders dicht bij hun zieke of zorgintensieve kind. Zij maken van het Huis een warme, huiselijke plek voor ouders, broertjes en zusjes. Help jij mee dit mogelijk te maken?