Bijna niemand vroeg hoe het met mij ging
Alle aandacht gaat uit naar je zieke zus
Morgen slaapt papa in de slaapwachtkamer, vandaag vertelt zijn oudste dochter Maud (20) over haar bezoeken aan het Huis. De reden dat haar vader slaapwacht is en zij nu in het Huis zit, kruipt op haar schoot. “Noor had vijf jaar geleden neuroblastoom, een kwaadaardige tumor. Het was zo fijn om hier als puber en ‘zus van’ vrijwilligers te treffen die zonder te oordelen of oplossingen aan te dragen naar me luisterden.”
De twee zussen zijn overduidelijk dol op elkaar. Noor is nu 9 en gelukkig volledig genezen. Ze wil weinig kwijt over de periode die bij het hele gezin haar sporen naliet. Liever wil ze dat haar grote zus opschiet, zodat ze eindelijk naar McDonald’s kunnen. Wat ze nog wel weet? Dat haar Kanjerketting heel lang was. Ze gaat op de grond liggen om uit te beelden hoe lang: “Wel twee keer zo lang als ik!” Ook weet ze nog goed dat koningin Máxima tijdens een werkbezoek bij haar langskwam in het WKZ. “Ze zong voor mij, omdat ik jarig was, en we deden samen een wedstrijdje boos kijken.”
'Met mijn zussen lag ik te chillen op de enorme knuffelhond die naast de trap in het Huis lag'
Chillen op de hond
Maud heeft levendige herinneringen aan haar tijd in het Huis. “Vaak lag ik met mijn zussen Pien en Loes te chillen op de enorme knuffelhond die naast de trap lag. Ik vond het altijd heel leuk om naar het Huis te gaan, al was de reden minder leuk. Vaak bakte ik brownies voor iedereen in de keuken, dat was als 14-jarige mijn favoriete dagbesteding. We waren overdag ook heel vaak te vinden in de Huiskamer in het WKZ. Daar hadden ze heel lekkere chocomel, we deden spelletjes en ik kon er gratis bellen met vriendinnen om contact met ze te houden.”
Brussen
Een aantal vriendinnen haakte af, een harde les voor een puber. “De aandacht gaat altijd allereerst uit naar je zieke zus en dan naar je ouders. Logisch, maar bijna niemand vroeg hoe het met mij ging. Ik voelde me heel lang schuldig dat ik mij rot voelde, want ik was toch niet ziek? In het Huis vroegen de vrijwilligers wel hoe het met mij ging, dat was zo belangrijk voor mij. Tegen hen kon ik even zeuren, praten, schreeuwen zonder dat ze meteen hun mening gaven of oplossingen aandroegen. Zelf probeer ik dat nu ook voor anderen te doen. Daarom ondersteun ik via de LEF-line brussen, oftewel broers en zussen van kinderen met kanker.”
Mensenkennis
De ziekte van haar zusje liet meer sporen achter bij Maud. “Problemen relativeer ik veel sneller en ik probeer overal het positieve uit te halen, ook uit die lange ziekteperiode. Zo zijn we voor Noors behandeling een halfjaar in Amerika geweest. Ook deed ik mee aan de fietstocht Ketting van Ballonnen om geld in te zamelen voor de Kanjerketting. Ik heb heel veel lotgenoten leren kennen en bijzondere ervaringen opgedaan, en dat waardeer en koester ik. Je kunt maar beter het beste maken van zo’n situatie en het Huis is daar zeker onderdeel van. Waar kun je beter zitten dan hier, waar ze zo goed voor je zorgen?” Volgens Noor is het tijd, tijd voor McDonald’s! “Tijdens haar behandeling walgde ze van de geur van aardappels, daar heeft ze nu gelukkig geen last meer van”, grijnst Maud voordat de zussen hand in hand vertrekken.