geen infuuspomp kan er tegenop
Voor baby's is de nabijheid van ouders essentieel
Het Ronald McDonald Kinderfonds bestaat in 2025 40 jaar jaar. Terwijl ouders inmiddels in 11 Huizen een plek dicht bij het ziekenhuisbed van hun zieke kind vinden, is er in die jaren veel veranderd in de zorg. In het Rotterdamse Sophia Kinderziekenhuis vertellen Irwin Reiss (56), hoofd Intensive Care Neonatologie en Marijn Vermeulen (46), kinderarts-neonatoloog en ervaringsdeskundige, over ontwikkelingen in de neonatologie.
“De afdeling is ingrijpend veranderd”, vertelt Irwin. “Vroeger was de zaal felverlicht, was er overal geluid. De kinderen lagen onbeschut in de couveuses. Handig voor de zorgverleners, die zagen alle kinderen in één oogopslag. Maar de kinderen kregen veel te veel prikkels.” Marijn: “Nu is het licht gedempt en is het zo stil mogelijk. Ieder kind ligt in een klein, begrensd nestje, voor een veilig gevoel.”
Beter voelen
Dankzij kleinere infuusjes, dunnere lijnen en betere beademingsmachines kunnen kinderen tegenwoordig al vanaf 24 weken terecht in het ziekenhuis. 35 jaar geleden lag die grens nog rond de 28 weken. Irwin: “Maar wat de allerbelangrijkste ontwikkeling is, is meer aandacht voor de nabijheid van de ouders. We weten nu dat kinderen en ouders zich echt beter voelen als ze dicht bij elkaar zijn. De hartslag van het kind gaat naar beneden, de impact op de hormoonhuishouding is positief, het immuunsysteem functioneert beter.”
Marijn: “Nog vaak ligt de focus op: hoe goed zijn de couveuses, de beademingsmachines en medicijnen? Maar wat er uiteindelijk toe doet is dat ieder kind een gelukkig mens wordt, dat zich staande weet te houden in de wereld. Daarvoor is een hechte band met het gezin vanaf het eerste moment belangrijk. Om die band te creëren is nabijheid van de ouders essentieel. Daar kan geen infuuspomp tegenop.”
Eigen ervaring
Ook Marijns twee kinderen werden te vroeg geboren. Een na 26 weken en de ander na 33 weken. “Als arts wist ik dat contact tussen ouders en kind ontzettend belangrijk is, maar nu ervaarde ik het zelf. Je natuurlijke gevoel als ouder is: ik wil alleen maar bij mijn kind zijn. Elke seconde weg van je zieke kind is er één te veel.” Het Ronald McDonald Huis biedt dan uitkomst.
‘We weten nu dat kinderen en ouders zich echt beter voelen als ze dicht bij elkaar zijn’
Irwin: “Vanuit het Huis sta je binnen een paar stappen bij de couveuse.” In het ziekenhuis zijn ouders dag en nacht welkom. In tegenstelling tot vroeger, toen er nog strikte bezoekuren waren. Marijn: “Om drie uur ’s nachts kun je vanuit het Huis gewoon even naar je kind. Het biedt ouders vrijheid: je kunt er zijn voor je kind, wanneer je wilt. En tegelijkertijd biedt het Huis ook geborgenheid, je kunt je er terugtrekken als je daaraan behoefte hebt.”
Ouders als zorgpartners
Beide artsen zien ouders niet als bezoekers maar als partners in de zorg. “Ze worden vanaf het eerste moment betrokken bij de verzorging. We nodigen ze uit bij de dagelijkse visite, de overleggen rondom voeding, medicijnen en beademing. Zij kennen hun kind het beste, dus is het waardevol als ze bij grote keuzes meedenken. Juist ook in moeilijke situaties.” Dat is een groot verschil met vroeger. “Als vroeger een kind aan de beademing moest of gereanimeerd moest worden, dan hielden we de ouders op afstand. Al die nare dingen konden we ze beter niet laten zien, was de gedachte. Nu weten we dat je als ouder ook op die momenten bij je kind moet zijn.”