Het alleen zijn deed meer pijn
dan al die prikken bij elkaar
Tien jaar geleden lag ze als patiënt op de kinderafdeling in het LUMC en waren haar ouders dankzij Ronald McDonald Huis Leiden dichtbij. Nu is ze zelf moeder en ligt haar pasgeboren dochtertje in het ziekenhuis. Martine vertelt hoe ze haar liefde kan geven door er simpelweg te zijn. Net zoals haar ouders destijds deden voor haar.
“Blauwe deuren in een lange, witte gang. Eentje zwaait er voor me open. Ik loop naar binnen en zie een groen bedje met spijlen. Even later wringt mijn hart zich tussen de spijlen door om mijn meisje het belangrijkste te geven: liefde.
Koffie halen voelt als een wereldreis
‘Mama is zó weer terug, even koffie halen.’ Ik fluister het tegen het zachte huidje van Hadewychs babywangetje. Ze sabbelt op haar speentje en kijkt me vol vertrouwen aan. Nog een kusje en nóg een kusje en daar ga ik. Vier deuren verder, het voelt als een wereldreis. Er staat al iemand bij het apparaat. Ik wacht en denk terug aan al die keren dat ik hoorde: ‘Ik ga even koffie halen, ik ben zó weer terug.’ Al die keren dat ik dapper knikte omdat het alleen zijn meer pijn deed dan al die prikken bij elkaar. Toen mama’s armen om me heen en papa’s rustige stem de enige dingen waren die telden in een wereld vol oranje zakken chemo, kriebelende hoofddoekjes en piepende infuuspalen. Zij waren mijn veilige haven. Hun liefde mijn enige echte pijnstilling.
Ik kijk achterom naar die ene blauwe deur en voel de seconden tikken. Traag drupt de koffie in het bekertje. Hoe hebben mijn ouders dat al die maanden gedaan? Hoe hebben ze het volgehouden? Voorzichtig pak ik het bekertje beet. Gisteren liep ik voor het eerst over deze gang. De verpleegkundige leidde me rond en zei: ‘Hier kun je koffie halen.’ Ik keek haar stomverbaasd aan en de tranen sprongen in mijn ogen. Ik dacht: nu is het míjn taak, ik ben niet meer het kind, maar de mama. Mijn kleine meisje heeft mijn liefde nodig en rekent onvoorwaardelijk op me. Dat ik haar troost als ze geprikt wordt, dat ik haar wieg als ze niet kan slapen, dat ik boekjes voorlees zodat ze woordjes leert.
Liefde doorgeven
Snel loop ik op de deur af van de kamer van mijn dochter, ik glimlach naar het bordje met haar naam. Ja, ze ligt in het ziekenhuis. Ja, ze is nog maar elf dagen oud en veel te licht. Maar ik ben haar mama. Ik kan haar mijn liefde geven door er simpelweg te zijn. Als ik haar even later dicht tegen me aan houd en ze langzaam in slaap valt, denk ik aan tien jaar geleden. Ook ik voelde me toen het veiligst als papa of mama mij zélf instopte en nog een nachtzoen gaf. Dan deed ik daarna heel snel mijn ogen dicht, zodat het net leek alsof ze er de hele nacht waren.
‘Hoi, hoe is het gegaan vandaag?’ Mijn moeder zet een grote boodschappentas neer. Vol schone opgevouwen was. Mijn was. Er is nog niets veranderd. Zoals tien jaar geleden mijn opa en oma bijna elke dag aan mijn bed zaten samen met mijn ouders, zo zitten mijn ouders, mijn man en ik nu aan Hadewychs bed. Want liefde geef je door. Van dag tot dag. Van generatie op generatie.”‘ Ik voelde me het veiligst als papa of mama mij zélf instopte’