Vrijwilligers onder elkaar
hebben aan een half woord genoeg
Het Ronald McDonald Huis houdt families bij elkaar. Dat geldt niet alleen voor de gasten maar ook voor de vrijwilligers. Een gesprek met twee zussen en twee echtparen die zich samen vol overgave inzetten voor het Huis in Den Haag. Door eigen ervaringen uit het verleden weten ze als geen ander wat gezinnen doormaken. Door Anouk Mentink.
Vier zomers terug zag de tweeling van Mathilde (29) heel vroeg het levenslicht. In het Juliana Kinderziekenhuis aan de Sportlaan trappelden haar twee piepkleine mensjes in een couveuse op een grote zaal. Zonder het Ronald McDonald Huis Den Haag had ze hen elke nacht moeten achterlaten. ‘Ik liep dankzij het huis op elk moment van de dag naar mijn kinderen toe,’ vertelt ze. ‘Zodra het kon wilde ik iets terug doen. Nu ben ik zelf vrijwilliger.’
Mathilde scheelt iets meer dan een jaar met haar zus Arlette(28). Toen ook zij een paar jaar terug in het ziekenhuis belandde besefte ze hoe belangrijk het is om als gezin op moeilijke momenten bij elkaar te zijn. ‘Een kind heeft beide ouders nodig,’ vindt Arlette. ‘In het Ronald McDonald Huis kan dat allemaal. En als oma wil blijven slapen dan regelen ze een bed. Daar wil ik aan bijdragen. Het is weer eens iets anders, naast mijn eigen werk en gezin.’
Waardering
Voor de echtparen Nel (70) en Rob (69) en Willi (63) en Harry (68) behoort Ronald McDonald Huis Den Haag tot een van hun vele vrijwilligersbanen - maar met een speciaal plekje in het hart. ‘De vrijwilligers zijn één grote familie en hebben veel over voor de gasten en elkaar,’ zegt Nel. ‘Je bent een luisterend oor voor de ouders en voelt je echt gewaardeerd.’ Datzelfde gevoel ervaart haar man Rob wanneer hij langs de McDonald’s-filialen gaat om collecteboxen te legen. ‘Ze kennen me overal. Ik heb zelfs een dag in de zaak meegedraaid. Een bestelling klaar maken is nog niet zo simpel als het lijkt.’
Een praatje, het onvermijdelijke bakkie, dat spreekt ook Harry aan tijdens zijn ronde collecteboxen legen. ‘Als ik ze van de toonbank pak dan vragen mensen me waarvoor dat is,’ vertelt hij. ‘Dan vertel ik ze over het huis. Een dokter in het restaurant hoorde mijn verhaal en stopte meteen vijf euro in de pot. ’ Zijn vrouw Willi knikt. Zij leegt geen collecteboxen maar was jarenlang vrijwilliger in het huis aan de Sportlaan, en nu aan de Leyweg. ‘Het is nuttig werk,’ zegt ze. ‘De ouders maken ontzettend veel mee. Hun verhalen vergeet je nooit meer.’
Toch samen
Dat ze samen voor Het Ronald McDonald Huis Den Haag vrijwilligerswerk doen vinden de echtparen en zussen een grote plus. ‘Op feestdagen komen Rob en ik allebei,’ vertelt Nel. ‘Er hangt op dat soort momenten een leuke sfeer in het huis en dan zijn we toch samen.’ Ook Mathilde en Arlette draaien samen wel eens een dienst. ‘Eindelijk quality time,’ zegt Mathilde lachend. ‘Anders zien we elkaar altijd in het bijzijn van onze kinderen.’ En ook al doen Willi en Harry niet precies hetzelfde voor Ronald McDonald, ze begrijpen elkaar wel. Harry: ‘Aan een half woord heb je genoeg.’